Snot bij het konijn is een verzamelnaam voor veel verschillende ziektes. Vaak wordt met ‘snot’ of ‘het snot’ bij konijnen een infectie met Pasteurella bedoelt. Vandaar dat dit artikel vooral hierover zal gaan. Pasteurella is de meest voorkomende oorzaak van snot bij konijnen. Het snot bij konijnen kan veel overeenkomsten vertonen met syfilis of myxomatose bij konijnen.
Pasteurella multocida is een besmettelijke oorzaak van snot. Veel konijnen dragen de Pasteurella bacterie bij zich in de neus of de longen. Bij konijnen die slecht gehuisvest worden (bijvoorbeeld te weinig ventilatie of teveel stof), kan deze bacterie zich goed vermenigvuldigen. Ook stress, plotselinge veranderingen van temperatuur, vocht of zwangerschap kunnen ertoe leiden dat de bacterie zich gaat vermenigvuldigen.
Pasteurella kan zich op verschillende manieren uiten. De meest voorkomende vorm is “het snot”. Hierbij zal je konijn niezen en neusuitvloeiing hebben. Vaak heeft je konijn dan ook vieze voorpoten van het poetsen. In sommige gevallen is dit zelfs het enige wat opvalt aan je konijn. Deze vorm kan zich naar verschillende plekken uitbreiden. Bijvoorbeeld naar het oor, waarna er een oorontsteking optreedt. Deze oorontsteking is niet altijd waarneembaar, alleen in het geval dat het binnenoor ontstoken is zal je konijn een scheve kop hebben en evenwichtsproblemen hebben. Het kan zich ook uitbreiden via de traanbuis naar het oog. Er ontstaat dan een traanoogje (en soms dikke oogleden). Bij deze verschijnselen moet je ook altijd bedacht zijn op Syfilis en Myxomatose, twee ziektes die regelmatig voorkomen bij konijnen en soortgelijke klachten kunnen geven.
De tweede vorm zorgt voor een longontsteking. Deze vorm verloopt meestal chronischer. Hierbij zal je konijn gedurende langere tijd minder willen eten en slomer zijn. Meestal zie je hierbij juist geen ‘snot’. Problemen met de ademhaling worden zelden gezien in deze vorm, alleen maar als je konijn zich inspant.
Een derde vorm is ontsteking van het bloed, een sepsis. Het enige verschijnsel hiervan is plotselinge sterfte.
Als laatste kan Pasteurella ook zorgen voor ontstekingen op andere plekken in het lichaam. Vaak is dit de huid, met de vorming van abcessen als gevolg. Soms gebeurt dit alleen in het geslachtsapparaat.
In veel gevallen is het nodig om met je konijn langs de dierenarts te gaan. Deze kan je konijn antibiotica voorschrijven om de Pasteurella te bestrijden, deze antibiotica moet lang gegeven worden om de ziekte daadwerkelijk te kunnen bestrijden (4-6 weken). Door de antibiotica kan je konijn vrij snel al opknappen. Helaas is het wel zo dat je konijn gemakkelijk weer ziek wordt als je te vroeg stopt met de behandeling. Neusdruppels kunnen verlichting geven voor je konijn. Ook het onder verdoving schoonmaken van de traanbuizen kan helpen als je konijn traanogen heeft (traanogen ontstaan door een verstopt traanbuisje).
De vieze vacht van je konijn kun je wassen. Let er wel op dat je voorkomt dat je konijn te veel afkoelt, dit is niet goed als je konijn ziek is! Beter is om even te wachten tot je konijn weer een beetje opgeknapt is, voordat je hem/haar gaat wassen.
Heeft je konijn volledig gerijpte abcessen, dan moeten die chirurgisch behandeld worden. Hierover vind je meer informatie in ons artikel over abcessen bij het konijn.
Een uitbraak van Pasteurella bij je konijn kan voorkomen worden door de weerstand van je konijn optimaal te houden. Dus zorg voor goed voer, voldoende voer (niet te veel) en voldoende beweging. Laat je konijn regelmatig enten. Daarnaast is het ook heel belangrijk om ervoor te zorgen dat je konijn goed gehuisvest wordt. Dat er voldoende gelucht en schoongemaakt wordt en dat er niet teveel stof is. Stress moet zoveel mogelijk voorkomen worden. Helaas is er geen vaccin wat bescherming kan bieden tegen Pasteurellose.